Als het kalf verdronken is dempt men de put!

Stan Veldpaus | 2 augustus 2021

De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) onder leiding van voorzitter Jeroen Dijsselbloem heeft onderzoek gedaan naar de fatale flatbrand welke in de nacht van oud op nieuw 2020 heeft plaatsgevonden in een flat te Arnhem. Bij deze brand lieten een vader en zijn zoon het leven en werden zijn vrouw en 2e kind met ernstige verwondingen opgenomen in het ziekenhuis. Verschrikkelijk leed derhalve voor de betrokkenen en hun geliefden. Maar ook voor overige betrokkenen zoals medebewoners, omstanders en hulpdiensten.

In mijn optiek was het echter niet de vraag of een dergelijke calamiteit zou plaatsvinden maar eerder waar en wanneer. Wie rondkijkt in ons mooie landje en een beetje affiniteit heeft met brandveiligheid weet en ziet dat vele gebouwen ondermaats zijn als het gaat om brandveiligheid. Met name flatgebouwen, vergelijkbaar met de flat in Arnhem, springen hierbij in het oog.
Velen zijn gebouwd in de jaren ’60 en ’70, met andere brandveiligheidseisen ten opzichte van de huidige. Ook lijkt er veelal sprake van achterstallig onderhoud, het niet meegaan met de tijd en ook het gedrag van de gebruikers (in dit geval de bewoners). Maar ook, zoals door de heer Dijsselbloem gesteld, het feit dat het meeste van deze bouwwerken slechts van één vluchtroute zijn voorzien.

Meegaan met de tijd

Anno 2021 denken wij anders over brandveiligheid dan de hierboven genoemde perioden. Wij vinden het minder vanzelfsprekend en acceptabel dat er slachtoffers vallen en ook de overlast ten gevolge van een brand wordt tegenwoordig sociaal niet meer geaccepteerd. Ook de gedachte dat de brandweer te allen tijde redding zal brengen met behulp van bijvoorbeeld een ladderwagen is achterhaald.
Het bouwbesluit met daarin alle eisen gesteld ten behoeve van het verkrijgen van een veilig gebouw waarin men gezond (ventilatie) en prettig (daglicht) kan verblijven, tracht bij te blijven met de stand der techniek en de kennis en de standpunten van het nu. Je zou dan ook verwachten dat met elke nieuwe editie van het bouwbesluit ook de zwaarte van de brandpreventieve maatregelen zal moeten aansluiten aan het vigerende gedachtengoed, welke zoals gesteld, steeds minder ruimte biedt voor slachtoffers, schade of overlast. Ik zeg bewust “verwachten”. In 1992 is het eerste bouwbesluit van kracht geworden en als ik de huidige eisen vergelijk met de eisen van toen dan zie ik relatief weinig verzwaarde eisen. Sterker nog sommige eisen zijn zelfs afgezwakt. Te denken valt aan het bouwbesluit 2003 waarbij de maximaal toegestane vluchtweglengte werd gekoppeld aan de bezettingsgraad (een gedachtegang welke gelukkig in 2012 is teruggedraaid). Of de maximaal toegestane brandcompartimentgrootte in een lichte industriefunctie. Hiervoor gold tot 2012 een maximum van 1.000 m2. Inmiddels is deze vergroot naar 2.500 m2. Ook kennen wij nog steeds het onderscheid tussen bestaande bouw en nieuwbouw.

Wat we veelal ook uit het oog dreigen te verliezen, is het gegeven dat het bouwbesluit in basis 2 doelstellingen nastreeft:

1: het voorkomen van slachtoffers
2: het voorkomen van brandoverslag naar de buren

Slechts in de kantlijn is er enige aandacht voor overlast bij een brand, milieu- en economische schade.
Het bouwbesluit omschrijft vervolgens minimale eisen teneinde aan de bovenstaande doelstellingen te voldoen. De vergunning wordt afgegeven op het voldoen aan bovenstaande eisen en een gebruiker/ eigenaar verkeert dan ook vaak in de veronderstelling dat zijn/haar gebouw een veilig gebouw betreft.

Terugkijkend naar het drama in Arnhem is het bewonderingswaardig dat de eigenaar sindsdien voor dit object maar ook andere objecten in haar portfolio vele aanvullende maatregelen heeft getroffen.
Helaas geldt hier wel “als het kalf verdronken is, dempt men de put”. Waarom is een dergelijke verschrikkelijke gebeurtenis nodig om mensen in beweging te krijgen?

Daarom rijst de vraag waarom nemen wij deze maatregelen niet op voorhand?
Heeft dit te maken met mogelijke extra investeringen, vinden wij het lastig, of….?

Willen wij niet allemaal vertoeven in een veilige omgeving? Kun je een flat met de hoeveelheid en diversiteit gebruikers en met slechts één vluchtweg sowieso wel een veilig gebouw noemen.

Een optelsom van maatregelen

Laat ik vooropstellen dat brandveiligheid een optelsom van maatregelen betreft welke elkaar, mits goed doordacht, versterken. Denk hierbij aan bouwkundige maatregelen zoals brandwerendheid, rookwerendheid, het gebruik van niet-brandbare of moeilijk brandbare materialen maar ook installatietechnische maatregelen zoals rookmelders, een ontruimingsalarminstallatie, sprinklerinstallatie of een rookbeheersingsinstallatie. En uiteraard niet te vergeten de organisatorische maatregelen zoals het voorkomen van brandgevaar (zoals een rookverbod of een verbod op het opstellen van goederen in vluchtwegen, gedegen beheer en onderhoud en eigenlijk gebruik (dus geen bankstellen in een centrale hal) en technische installaties uitgevoerd volgens de daarvoor geldende normen. Of, zoals in het geval van de flat in Arnhem, wellicht het aanstellen van een huismeester welke toeziet op juist gebruik en het in nominale staat houden van het gebouw en haar installaties.

Hierbij ben ik van mening dat overall een goed brandconcept niet duurder hoeft te zijn dan het concept gebaseerd op het traditionele denken waarbij het verkrijgen van de vergunning het doel lijkt en niet het verkrijgen van het juiste brandveiligheidsniveau.

Redenen waarom ik deze mening ben toegedaan, zijn de kosten welke ontstaan ten gevolge van een brand.
Ten gevolge van de vele miljoenenbranden zijn verzekeringspremies sterk gestegen maar ook de kosten ten gevolge van het vallen van slachtoffers, blijvende invaliditeit, faillissementen, werkeloosheid en het gegeven dat bij een brand kostbare grondstoffen of goederen verloren gaan, milieuschade en van overlast voor de omgeving. Er kan dus worden gesteld dat branden ons, de samenleving, veel geld kosten.

Zoals al vermeld, zijn er meerdere voorzieningen welke tezamen een brandveilig gebouw vormen.
Een goede eerste stap welke reeds is gezet, het verplicht stellen van woningmelders en de stap zoals recent door de overheid is gezet, het verplicht stellen van deurdrangers op woningscheidende deuren in een woongebouw. Als ik vervolgens door de ogen van mijn eigen discipline kijk, ben ik van mening dat goede ventilatie ook een grote toegevoegde waarde heeft. Dit kan op verschillende manieren. Te denken valt aan overdrukinstallaties t.b.v. trappenhuis, rook- en warmteafvoerinstallaties in centrale ruimtes of te openen gevels in de situatie van galerijen. Bijkomende eigenschap bij dit soort installaties is dat er altijd sprake is van een automatisch rookdetectiesysteem inclusief alarmgevers.
Mensen worden dus snel gealarmeerd, kunnen direct vluchten of eventueel zelf al aanvangen met het bestrijden van de brand waardoor meer branden al in de kiem gesmoord kunnen worden.

Het inspectiecertificaat: een stap naar een veiliger Nederland

Het bouwbesluit kent sinds 2012 de verplichting om brandbeveiligingsinstallaties welke bij of krachtens de wet aanwezig zijn, zoals vast opgestelde blusinstallaties, rookbeheersingssystemen, brandmeldinstallaties en alarm-ontruimingsinstallaties te voorzien van een inspectiecertificaat afgegeven door een onafhankelijke ISO17020 type A geaccrediteerde instelling, geheel volgens de CCV-inspectieregeling (zie Bouwbesluit 2012 artikel 6.32). Hiermee beoogt het bouwbesluit een gedegen gebruik van het object (beheerfunctie) alsmede jaarlijks en deugdelijk onderhoud waarna het geheel opnieuw wordt geïnspecteerd. Het certificaat moet er dus toe leiden dat alle installaties altijd in nominale staat verkeren en het gebruik past bij de oorspronkelijke afspraken op basis waarvan de installaties zijn ontworpen of waarbij de installaties worden aangepast aan een mogelijk gewijzigd gebruik. Ook is er aandacht voor bouwkundige maatregelen. Binnen inspectie wordt derhalve het gehele BIO-spectrum (bouwkundig/installatietechnisch/organisatorisch) beoordeeld. Ook bovenwettelijke brandbeveiligingsinstallaties (installaties voorzien omdat de gebruiker/eigenaar een hoger brandveiligheidsniveau nastreeft) kunnen worden voorzien van een inspectiecertificaat.
Een prima stap derhalve naar een veiliger Nederland.

Er is dus nog veel werk te verzetten teneinde tot een brandveiliger Nederland te komen.
Niet alleen dient wet- en regelgeving te voorzien in (brand)veiligere gebouwen maar ook bij eigenaren en gebruikers dient een groter besef te komen. En denk nu niet, het overkomt mij toch niet. De kans dat het je overkomt, is reëel!

Stan Veldpaus
Stan Veldpaus
Projectadviseur Rookbeheersingssystemen, Brandveiligheid
Stuur een mail